ZO KIEST U EEN FORNUIS
WARMTEBRON, FORMAAT, ONDERBOUW, BEDIENING
Overweegt u de aankoop van een nieuw fornuis? Daarbij heeft u de keuze tussen gas-, elektrische/keramische of inductiemodellen. Hoeveel pitten u nodig heeft, hangt af van hoeveel u in welke tijdspanne moet bereiden. Verder gaat u het best voor een mix van vermogens. Vele slagers en traiteurs kiezen voor modulaire kookapparaten, vrij uit te breiden. Maar u kunt ook opteren voor een eiland, al dan niet op maat.
Welke warmtebron kiest u?

Gasfornuis
Gasfornuizen reageren zeer snel: verhoogt of verlaagt u de temperatuur, dan reageert het toestel meteen. De temperatuur valt ook zeer precies in te stellen. Bovendien zijn deze apparaten momenteel wat goedkoper in gebruik, tenzij u de pitten een hele dag door inzet. Ze kennen ook een vrij laag rendement. Gasfornuizen zijn sowieso duurder in aankoop. Meestal beschikt u wel al over voldoende aansluitcapaciteit en moet u dus geen speciale groepen laten aanleggen.
Elektrisch/keramisch
Een elektrisch of keramisch fornuis warmt vrij traag op en koelt ook langzamer af. Dit type kent wel een hoger rendement dan gas, maar het verbruik is duurder. Deze toestellen zijn ook wat goedkoper in aankoop.
Wanneer u voor deze optie kiest, moet u wel aparte groepen laten aanleggen, wegens de hogere aansluitwaarde van elektrische/keramische fornuizen en om de bedrijfszekerheid te garanderen.
Inductie
Een inductiefornuis reageert zeer snel als u de temperatuur verhoogt of verlaagt. U kunt die ook zeer precies instellen, net als bij gas. Bovendien is een inductieplaat zeer energie-efficiënt: het oppervlak ervan wordt nooit warm, behalve door contact met een kookpot. Het rendement bedraagt minstens 95%.
Sommige inductieplaten zijn onderverdeeld in apart instelbare zones, bij andere kunt u een pan of pot om het even waar op de plaat opwarmen. Inductiefornuizen leveren ook veel extra werkoppervlak op, wanneer ze niet in gebruik zijn.
Welke capaciteit kiest u het best?
Hoeveel pitten u nodig heeft, hangt af van hoeveel u gemiddeld in welke tijdsspanne moet bereiden. Deze vraag speelt vooral mee bij traiteurs of cateraars, omdat zij meer tijdsgebonden zijn. Een gesproken specialist verkoopt bijvoorbeeld fornuizen met twee, vier of zes pitten, samengesteld uit modules, waarover straks meer.
Welk vermogen heeft u nodig?
Een groter volume zult u sneller garen, koken … als het vermogen van de gebruikte pit hoger is. Het best gaat u voor een mix van pitten met verschillende vermogens, zo kunt u alle volumes binnen een optimaal tijdsbestek opwarmen. Hou bij deze keuze ook uw gebruikte kookgerei in het achterhoofd: het heeft geen zin een inductieplaat van 7 kW te kopen, wanneer uw potten en pannen maar 3 kW aankunnen.


een uitneembare opvangbak
Formaat
Modulaire opstellingen
Vaak kiezen slagers en traiteurs voor een budgetvriendelijke oplossing met modulaire kookapparaten. Toestellen worden dan modulair aaneengeschakeld in een lijn, zoals fornuizen, maar ook kookketels en braadsledes. Deze oplossing is zeer goed te onderhouden en valt volledig aan te passen aan de workflow.
Eilanden
U kunt ook in een eiland investeren, al dan niet op maat, met daarin allerlei kookapparatuur samengebracht. Ofwel via een drop-insysteem, waarbij een toestel een lijst heeft, waardoor het van bovenaf in een blad kan hangen, ofwel ingelast. Dat laatste is mooier, maar ook duurder.
Welke breedtes en dieptes?

Elke fabrikant heeft zijn eigen breedtes: 350 mm, 500 mm of een veelvoud daarvan. Veelvoorkomende dieptematen zijn 900 en 700 mm, de meest gekozen maat volgens alvast één specialist. Maar u vindt bij een fabrikant ook een volledige kookmodule die 1.000 mm (eenzijdig te bedienen) of 1.100 mm (tweezijdig te bedienen) diep is. Fornuismodules zijn meestal 400 mm breed, met telkens twee pitten. Fornuizen met zes pitten nemen bijgevolg 1.200 mm in de breedte in.
Onderbouw
Open of gesloten
Het onderstel kan zowel gesloten zijn met lades of deurtjes, als open. In dat laatste geval valt er een oven, een warmkast of een koeling onder te plaatsen, naargelang van uw noden en de eigenheden van beide toestellen, bijvoorbeeld qua warmteontwikkeling of vereiste ventilatie (belangrijk bij een inductiefornuis). Vaak wordt een gasfornuis gecombineerd met een elektrische oven, omdat die nauwkeuriger is.
Belangrijk is dat het geheel robuust ineenzit. Dat het dus bijvoorbeeld uit een sterke staallegering gemaakt is zoals rvs en chroomnikkelstaal, dat verschillende elementen stevig én hygiënisch aan elkaar gelast zijn, dat de kookplaten sterk bevestigd zijn enzovoort.
Verdere afwerking
De hoeken van de kast kunnen onderaan en eventueel ook bovenaan afgerond zijn, of rechthoekig afgewerkt worden. Vaak staat de onderbouw op stelpoten, rondom afgedekt met plinten in rvs. Of de poten worden volledig verwijderd en het geheel komt op een bouwkundige sokkel terecht. Zo kan er geen vuil onder de kast belanden en moet u daar dus niet schoonmaken.

Het hangt ervan af of u de oven
zelf wilt kiezen
Uitbreiding
Een keukenblok of modulaire lijn valt vaak sterk uit te breiden. Voor een grillplaat, pastakoker of plancha zult u als slager of traiteur waarschijnlijk niet kiezen. Wel gaat u ongetwijfeld steeds voor een braadslede, volgens een expert, en soms zelfs voor een drukbraadpan, voor een sneller en beter bakresultaat. Andere apparaten waarmee u kunt uitbreiden, zijn een friteuse, een bain-marie, een lavasteengrill, een werkplateau … Een eiland combineert bijvoorbeeld een gas- en een inductiefornuis met een kraan, friteuse, gaswok …
Bediening
De bediening kan met bedieningsknoppen, via automatische programma's of volledig met een touchscreen. Sommige fabrikanten bieden meerdere soorten op één apparaat.
Kies weloverwogen
Wat u ook kiest, altijd denkt u het best goed na over hoe uw gekozen toestel past in de workflow van uw keuken. Laat u ook bijstaan door een ervaren keukenverkoper.