Elk digitaliseringsproject is uniek
Complexiteit reduceren via schaalbare oplossingen
Wanneer men met een digitaliseringsplan aanklopt bij Endress+Hauser kan men rekenen op een oplossing die voldoet aan de vereisten van de klant. Hierbij staan de concrete doelen van de asset owner centraal, zowel wat de ingebruikname als het onderhoud nadien betreft. Zo wordt steeds een optimale opstelling en gebruik van instrumenten en protocollen bereikt.

Complexe realiteit
In een ideale wereld worden projecten benaderd vanuit het gewenste resultaat. Het volledige concept wordt uitgewerkt, van de keuze en dimensionering van het instrument en de keuze voor de communicatietechnologie, tot het uitwerken van het netwerk en de opstart. Zo kan men een zo laag mogelijke totale kostprijs bekomen.
De realiteit is echter in de meeste gevallen complexer. "Over de jaren heen komen er installaties bij of worden oudere instrumenten vervangen of geüpgraded. Het resultaat is een mix van verschillende technologieën en communicatieprotocollen, wat niet altijd het efficiëntst is voor gebruik en onderhoud. Daarom is het belangrijk om de productie in zijn geheel te evalueren en je af te vragen wat nu het doel is en hoe dat het beste bereikt kan worden. In de praktijk is dat inderdaad vaak met verschillende protocollen, maar dan wel op een doordachte manier gecombineerd", legt Jelle Vandeputte, Consultant Digitization, ons uit.
"Nu komt de instrumentatie vaak nog te laat op de voorgrond, wanneer de rest van het project al is ontworpen en er nog weinig ruimte is om fundamentele keuzes te maken. We raden dan ook sterk aan om dit vroeg op te pikken, om zo tijdig te kunnen informeren over de latere mogelijkheden. Zo lijkt de keuze voor een standaard signaal van 4 tot 20 mA misschien makkelijk te onderhouden, maar dit sluit wel de intelligente functies van de meetinstrumenten uit omdat er maar één waarde kan worden doorgegeven. IO-Link heeft op dat vlak ook beperkingen, maar is al een stap in de goede richting."

Betrouwbare standaarden
Bedrijven kiezen vaak voor de methodes waar ze mee vertrouwd zijn. Doorgaans komt dit voort uit een wens tot standaardisering, wat uiteraard heel wat voordelen biedt. "Wij zijn zeker ook voorstander van standaardisering, waarbij we het aantal protocollen liefst beperken. Dit heeft voordelen bij het ontwerp, maar ook bij de ingebruikname en het onderhoud. We kijken in de eerste plaats dus naar de klant zijn doelen en stellen concepten voor die de complexiteit reduceren", gaat Jelle verder.
"We doen dit echter niet tegen elke prijs: de beoogde functie en het al dan niet kritieke karakter van het instrument blijven centrale criteria. Hoe kunnen we het doel zo efficiënt mogelijk bereiken? Welke instrumenten en protocollen bieden hierbij een meerwaarde? Wat zijn de initiële kosten van dit project, maar vooral, wat zijn de kosten over de loop van de jaren? De Total Cost of Ownership wordt nog wel eens vergeten, maar de juiste hardware gaat lang mee en onderhoudskosten spelen dus een aanzienlijke rol. We zien wel dat men zich hier steeds meer van bewust wordt."

Open vizier
"We zijn niet per se voorstander van een specifiek protocol. Het gaat allereerst om het ondersteunen van de klant en om zijn efficiëntie te verhogen, risico's te vermijden en kosten te besparen. Dit doen we door de complexiteit te verminderen. Alles hangt af van de specifieke toepassing en kadert binnen ons brede concept van digitalisering. Hierbij gaat het niet zozeer om een specifieke technologie of een bepaald communicatieprotocol, maar om een doordachte manier van werken en produceren."
Binnen de voedingsindustrie zijn er veel instrumenten die een cruciale functie vervullen en waarbij een minimale fysieke interactie gewenst is om het risico op contaminatie te beperken. Slimme instrumenten die zelftesten uitvoeren maken het mogelijk om kalibraties uit te stellen en rapporten te genereren. De nodige documentatie staat zo te allen tijde en op een zeer eenvoudige manier ter beschikking en wordt zonder verdere complexiteit continu up-to-date gehouden.
"Dit draagt allemaal bij tot het optimaliseren van niet alleen de productie, maar ook het onderhoud. Deze functies vereisen wel de juiste infrastructuur: dit gaat dan vaak om ethernet-protocollen, waarbij veel kritieke data wordt verstuurd. Voor andere processen kan het volstaan om minder complexe protocollen te gebruiken, zoals IO-Link. Zeker voor de voedingsindustrie, met haar vele regels en normen, is het cruciaal om efficiënt en correct te produceren. In de praktijk vereist dit vaak een flexibele strategie, waar men best zo vroeg mogelijk over nadenkt", besluit Jelle.
