EMO Hannover 2025: de overgang naar een nieuw tijdperk
Automatisering en artificiële intelligentie: dat waren de blikvangers in veel aankondigingen van de EMO Hannover 2025. Voorlopig was het de laatste Duitse EMO, want over twee jaar is Italië het gastland voor de Europese werktuigmachinebeurs. Zijn de beloften waargemaakt?
De verhoudingen verschuiven
Soms kun je aan wie er deelneemt aan een beurs zien hoe de verhoudingen in de markt zijn. Soms zie je dat door op te letten wie er niet deelneemt. Om met dit laatste te beginnen: de grote niet-Duitse spelers op het vlak van hardmetalen gereedschappen ontbraken op de EMO Hannover.
Wie er wel waren? Veel Chinese fabrikanten. En dat gold voor de hele beurs. Chinese bedrijven hebben zich in de hele verspaningsketen genesteld, van componenten, frames, meettasters, gereedschappen tot en met complete CNC-werktuigmachines.
De concurrentie neemt toe, erkent ook CECIMO in een van de meer economisch getinte sessies tijdens de EMO. Hierbij valt op hoe snel de Chinese machinebouwers professionaliseren, zowel qua techniek, design als ook service. Sommigen schromen daarbij niet om West-Europese expertise in te huren om de machines te laten voldoen aan de Europese standaarden.
De stroom Chinese CNC-machines naar Europa zal komende jaren waarschijnlijk toenemen omdat de interne markt in China lang niet meer zo hard groeit als tot nog toe. Ze zoeken dus nieuwe afzetmarkten. Het enige antwoord van de Europese machinebouwers hierop moet innovatie zijn.

Na automatiseren komt digitaliseren
Geen idee hoeveel robots en cobots er dit jaar in de beurshallen in Hannover stonden. Het waren er veel; in elk geval meer dan 140 aanbieders. Automatisering is dan ook al meerdere jaren een belangrijk thema in de metaalbewerking.
Op de EMO Hannover 2025, georganiseerd door de Duitse VDW (de machinebouwersvereniging) was dit jaar duidelijk te zien dat men in de automatisering de volgende stappen gaat zetten. One-piece-flow was al enkele jaren geleden een droom van veel metaalbedrijven: het automatiseren van enkelstuks lijkt nu dichterbij dan ooit, mits het om repeatorders gaat.

Flexibele automatisering
De robottechnologie wordt namelijk steeds flexibeler. Dit komt allereerst door de ontwikkeling van nieuwe type grijpers en klemmen, die in staat zijn een breder palet aan producten te verwerken.
Of de systeemintegratoren bedenken oplossingen zodat de robot zelf de grijper kan wisselen en de vingers van de grijper of de bekkens in een machineklem kan vervangen. Hierdoor kan men onbemand batches verschillende werkstukken op de machine laden en bewerken, zonder dat er een operator bij hoeft te zijn.
Deze automatiseringsstap is niet zo heel erg groot. Groter is de stap naar een autonome foutloze productie. Op de EMO toonden meerdere fabrikanten oplossingen om bij de CNC-machine geautomatiseerd werkstukken te meten en deze data zowel op te slaan in een meetrapport dat bij het product blijft als terug te sturen naar de machinebesturing.
Closed-loopprocessen, waarbij de machines zichzelf bijstellen wanneer dat nodig is, zijn inmiddels realiteit. Daarmee kunnen bedrijven zowel een efficiëntie- als een kwaliteitsslag maken, want de kwaliteit wordt minder manafhankelijk en meer datagestuurd.
Gaan AMR’s doorbreken?
Sommige machinebouwers verkopen inmiddels meer dan de helft van hun CNC-machines inclusief automatisering. Recente cijfers die de Amerikaanse technologieorganisatie AMT heeft gepresenteerd, laten het effect hiervan treffend zien.
De Amerikaanse metaalbedrijven kopen dit jaar minder machines, maar geven per saldo wel meer geld uit aan een order, omdat de machines inclusief automatisering worden gekocht. De capaciteit in de bedrijven die automatiseren, neemt hierdoor sterk toe. Dit heeft op tweeërlei manieren impact op de ondernemingen:
- in de werkvoorbereiding moet er veel meer werk worden verzet om de orders bij de machine te krijgen;
- in de fabriek nemen de logistieke bewegingen toe door de aan- en afvoer van ruw materiaal, werkstukken en tooling.
Op de EMO toonden exposanten hoe je beide aspecten automatiseert. De logistiek gaat komende jaren overgenomen worden door AMR’s, de mobiele robots waarop al dan niet een cobot wordt gemonteerd voor de fysieke handling. Het zijn de grote machinebouwers die deze ontwikkeling stimuleren.
De Amerikaanse metaalbedrijven kopen dit jaar minder machines, maar geven per saldo wel meer geld uit aan een order, omdat de machines inclusief automatisering worden gekocht
Interessant is te zien hoe sommige bedrijven die tot nog toe vooral kant en klare automatiseringssystemen hebben verkocht, zich nu richten op softwareplatformen waar ze AMR’s maar ook robots en machines aan koppelen. Ze willen de maakbedrijven zo één softwareplatform bieden waarmee alle componenten worden aangestuurd. De vertaalslag naar de specifieke besturing van bijvoorbeeld de AMR of de robot gebeurt achter de schermen. Eigenlijk precies zoals de robotintegratoren tot nog toe het programmeren van de robot hebben teruggebracht tot het ingeven van enkele maten en posities.

Werkvoorbereiding automatiseren
Als het om het andere punt gaat, de werkvoorbereiding, zie je dat zowel gevestigde bedrijven alsook start-ups zich hierop richten. Dit loopt uiteen van software voor automatisch calculeren tot en met oplossingen om het genereren van NC-programma’s grotendeels automatisch te laten aflopen.
Geen enkele van deze laatste heeft een honderd procent werkende oplossing, of men moet CAD en CAM binnen één productfamilie houden. In de praktijk zullen de meeste machinefabrieken met een STEP-file werken. Nog altijd moeten de operators de voorgestelde programmaregels nakijken, maar de nieuwe programmeertools die vlakken, kamers en andere features herkennen, besparen veel manueel werk. En het verkleint de kans op fouten bij het intikken van bepaalde data. Industrie 4.0 wordt zo tastbaar voor kmo’s.
Een tweede ontwikkeling die de werkvoorbereiding gaat veranderen, is software om ofwel automatisch orders te plannen, ofwel om centraal overzicht te houden van alles wat rond een order nodig is aan materiaal, gereedschappen, opspanningen en machinecapaciteit. Zowel CAD/CAM-ontwikkelaars als sommige robotintegratoren, alsook heel nieuwe partijen, hebben deze markt ontdekt. Behalve dat men met een muisklik inzicht krijgt in de status van een order, zal AI in de toekomst gaan helpen om orders efficiënter te plannen, bijvoorbeeld door orders die dezelfde tooling of opspangereedschappen vereisen te combineren.
Ofschoon al deze toepassingen in de werkvoorbereiding artificiële intelligentie (AI) gebruiken, is het (nog) niet de AI-oplossing waar velen wellicht op hopen. Eerlijk gezegd bleef wat er aangeboden werd achter bij de verwachtingen; of waren de verwachtingen voor de beurs simpelweg te hoog. Als het om AI-toepassingen gaat, beperken veel machinefabrikanten zich tot chatbots waarmee de operator sneller informatie uit de handleiding kan halen, tot visiontechnologie of tot enkele toepassingen rond condition monitoring. Dit is zeker interessant en draagt bij aan een hogere efficiency, maar de echte doorbraak van AI zal dus nog even uitblijven tot de volgende EMO.
Additive manufacturing: eindelijk?
Of vergaat het AI net zoals additive manufacturing (AM), een technologie met torenhoge verwachtingen die tot nog toe slechts beperkt worden waargemaakt? AM kwam dit jaar op de EMO vooral terug op de stands van een aantal exposanten zelf, hoewel er een beperkte AM Area was en een interessante stand met toepassingen dicht bij de praktijk van de werktuigmachinebouwers.
Metaal 3D-printen mag zich dan wel langzamer ontwikkelen dan menigeen voorspeld heeft, het valt op dat verschillende machinefabrikanten juist de beurs in Hannover aangrepen om te laten zien dat ze in deze technologie stappen. Hierbij kiezen ze er nadrukkelijk voor om additive manufacturing te positioneren als een onderdeel van de totale workflow in de verspaning. Terecht, want eigenlijk moet elk metaal geprint werkstuk nog met CNC-technologie nabewerkt worden. De fabrikanten die nu instappen denken dat de kennis die ze van mechanisch bewerken hebben hen een voordeel biedt.
Ze weten hun metalen 3D-printers naadloos te laten aansluiten op de freesmachines, onder andere door de softwaretools doorlopend te maken. Deze fabrikanten hebben daarnaast het voordeel dat ze de sector goed kennen en realistische verwachtingen kunnen schetsen. Met hun geïntegreerde softwaresystemen denken ze de instap in AM te vergemakkelijken. Dat additive manufacturing ondertussen toch wel links en rechts toegepast wordt, was in Hannover te zien op de AM Showcase-stand waar typische 3D-geprinte producten uit de machinebouw werden getoond.

Data-uitwisseling
Een jaar of acht geleden heeft de VDW op de EMO het umati-initiatief gelanceerd. De Duitse fabrikanten willen samen met de wereldwijde industrie een universele standaard ontwikkelen, zodat het gemakkelijker wordt om data uit te wisselen tussen twee onderdelen van de procesketen, bijvoorbeeld een CNC-machine en een meetsysteem of een robot.
De umati-standaard wordt ondertussen wereldwijd ondersteund, maar is nog niet dé standaard. Op de EMO introduceerde een van de Japanse machinebouwers zelfs een open-sourceconnector om machines – die nog met de MTConnect-communicatie-interface zijn uitgerust – toch te laten communiceren met umati-machines. Een van de interessante toepassingen die getoond werden , was het uitlezen van het energieverbruik van een bewerkingscentrum en dit aan de hand van een livekoppeling naar de energieleverancier vertalen naar de CO2-emissie. De livekoppeling met de energieleverancier zorgt voor inzicht in de energiemix van dit moment. Zo kunnen bedrijven relatief eenvoudig per order de CO2-emissie van de machine in kaart brengen.
Op een zomerse dag met veel zonne-energie kan die 0 zijn. Overigens gaat het hier om een applicatie die ontwikkeld is door de Technische Universiteit van Darmstadt. Het zal waarschijnlijk niet meer zo lang duren voordat er commerciële producten op de markt komen. Energiebesparing blijft belangrijk. De richting waarin onderzoekers van onder meer Leibniz University Hannover dit zoeken is gerichter inzetten van het koelsmeersysteem; alleen als het echt nodig is. Daarmee denkt men tot 60% energie te kunnen besparen.

Volgende keer Milaan
De EMO Hannover 2025 heeft uiteindelijk zo’n 80.000 bezoekers getrokken (in 2023: 90.000). De VDW heeft nog geen cijfers over bezoekers uit het thuisland en daarbuiten bekendgemaakt, maar gelet op de moeilijkheden waarin de Duitse industrie verkeert, ligt het voor de hand dat vooral de Duitse bezoekers zijn thuis gebleven. Het is ook vooral buiten Europa waar de sectorfederaties momenteel de groei zien aantrekken. Met de VS voorop. De EMO 2027 vindt plaats van 4 tot en met 8 oktober 2027 in Milaan (Italië).