NAAR DE MEEST GESCHIKTE ATELIERVLOER IN 6 STAPPEN
HYGIeNE, ARBEIDSVEILIGHEID EN DUURZAAMHEID STAAN VOOROP
Voedselveiligheid is prioritair in uw branche. Vandaar dat uw ateliervloer aan de strengste hygiëne-eisen moet voldoen. Tegelijkertijd is het belangrijk te gaan voor een slijtvaste, veilige en duurzame oplossing die past binnen uw planning en budget. De problemen met de voegen bij keramische en pvc-tegels zijn vandaag gedeeltelijk opgelost. Een goede epoxy- of acrylaatvloer heeft vergelijkbare eigenschappen. Voor welke vloer u ook opteert, een uitstekende afwatering is cruciaal. Installateurs geven u graag meer details over de pro’s en contra’s van de materialen en helpen u bij de keuze.
STAP 1: VOORSCHRIFTEN FAVV
Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen schrijft vloeren voor uit hard, ondoordringbaar, niet-absorberend, afwasbaar en niet-toxisch materiaal. Kiest u voor betegeling, dan moeten de voegen netjes zijn gesloten. Om ongevallen te voorkomen, heeft de ateliervloer ook voldoende antislipeigenschappen.
GRM
De overgang tussen wanden moet hygiënisch zijn afgewerkt. Beenhouwerijen (GRM) met een toelating voor het verwijderen van de wervelkolom i.h.k.v. maatregelen tegen TSE moeten afvoerputjes en goten een afneembaar rooster en stankafsluiter hebben, om GRM te recupereren (deeltjes van 6 mm of meer).
STAP 2: MATERIAALKEUZE
Keramische tegels
Soms zijn keramische vloertegels een optie, vooral voor kleine oppervlaktes en bij een korte oplevertermijn. De chape dient immers niet volledig te zijn uitgedroogd. Verder speelt ook de temperatuur geen rol bij het plaatsen. Vooral waar kans is op breuk door vallende objecten, wordt steeds vaker gekozen voor industriële tegels. Deze kunnen afzonderlijk worden vervangen bij breuk of beschadiging. De voegen blijven een pijnpunt, voornamelijk rond goten en putten. Neem dus grote tegels met kleine voegen of kleine supersterke achthoektegels met epoxyvoegen. Ook de aansluiting met de wand blijft een risico. Afgeronde hoeken zijn dan weer niet mogelijk bij keramische tegels. Het blijft ook balanceren tussen antislipkwaliteiten en poreusheid. Vroeger waren keramische tegels dagenlang niet beloopbaar na het leggen. Tegenwoordig zijn er technieken waardoor de tegels reeds na enkele uren belast kunnen worden.
Pvc-vloertegels
Een pvc-vloer is vloeistofdicht en bijzonder hygiënisch; de naden worden thermisch gelast, waardoor zich nergens vuil ophoopt. Dit veerkrachtige materiaal biedt een uitstekende geluidsdemping en verhoogt het werkcomfort. Vaarwel krassende wielkarren. Ze zijn slipvast, wat bijdraagt tot de veiligheid. De tegels kunnen ook op de wand worden aangebracht en vormen dan één waterdicht geheel dat voldoet aan de HACCP-normen. Dit materiaal is milieuvriendelijk, geproduceerd met gerecycleerd pvc en toepasbaar op alle ondergronden. Soms springen vulkanisch gelaste voegen echter open, waardoor er bijvoorbeeld water onder de tegels komt te staan, met alle gevolgen van dien.
Acrylaat of PMMA
Een acrylaat- of PMMA-vloer is een kunstharsvloer. Ze bestaat uit een laagje polymethylmetacrylaat van enkele millimeters, dat wordt ingestrooid met gekleurd kwartszand of getinte kunststofvlokken. Deze vloer wordt op eender welke ondergrond geplaatst waar geen risico is op opstijgend vocht. Acrylaat vormt een naadloze, onderhoudsvriendelijke en duurzame vloer die voldoet aan de HACCP-normen. De afgeronde hoeken zijn heel hygiënisch. Deze vloeren zijn beschikbaar in diverse antislipuitvoeringen in de massa en kunnen hittebestendig worden gemaakt. Bovendien zitten afvoerputjes en goten goed ingebed. Ze zijn prima bestand tegen basen en zuren. Acrylaat is taai-elastisch, wat minder kans op barsten en scheuren geeft. Het is evenwel enkel geschikt voor een vastliggende ondergrond die maximaal 3 tot 4% vochtigheid bevat. De plaatsing is niet onderhevig aan een minimumtemperatuur. Het grote voordeel is de snelle uitharding: twee uur na de plaatsing kan de vloer opnieuw belast worden. Minpuntje is de zeer sterke geurhinder tijdens plaatsing.
Epoxy
We onderscheiden twee soorten: een epoxyvloer gemengd met polyurethaan en een troffel-, grind of mortelvloer in epoxy. De variant met polyurethaan is iets flexibeler en dus beter bestand tegen scheuren vanuit de ondergrond. Bij dit type zijn de meeste afwerkingsmogelijkheden qua kleur- en eventueel patroonkeuze. De epoxytroffelvloer wordt gekozen bij zwaardere belasting. Ze bestaat uit fijne grind- of kwartskorrels gebonden met epoxyhars. Het resultaat heeft meer weg van een betonvloer. De afwerking bestaat uit een beschermlaag tegen slijtage en uv-straling. Deze vloer kan worden toegepast op ondergronden met dampspanning.
Beide types epoxyvloeren zijn naadloos en gemakkelijk te reinigen, duurzaam, uiterst slijtvast en hebben een grote chemische bestendigheid (wel pas 7 dagen na de plaatsing). Een dergelijke vloer wordt eenvoudig vernieuwd door één nieuwe toplaag aan te brengen. Epoxyvloeren zijn over het algemeen duurder dan andere gietvloeren, maar de bestaande vloer hoeft niet te worden uitgebroken. De temperatuur moet minimaal 15 °C bedragen tijdens de werken. De plaatsing van een epoxyvloer duurt gemiddeld langer. Tussen elke laag wordt er 10 u gewacht.
STAP 3: PLINTEN EN STOOTRANDEN
Het vloersysteem wordt dikwijls doorgetrokken in de afwerking met plinten en waar nodig stootranden. Afhankelijk van het materiaal zijn ze zowel met rechte als holle hoek verkrijgbaar. De voorkeur gaat meestal uit naar een prefab composiet HACCP-plint. Deze is elastisch verlijmd en vangt schokken op. De voegen zijn ook elastisch; ze breken niet af en scheuren niet. In geval van schade kunnen de plinten worden vervangen in plaats van ze wat op te lappen. Deze plint is niet alleen hygiënisch afgerond, maar ze dient tevens als muurbeschermer tegen de impact van karren en dergelijjke.
STAP 4: AFWATERING
Renovatie of nieuwbouw
Gaat het om een renovatie, dan wordt er rekening gehouden met het bestaande rioleringsstelsel voor onder meer de beschikbare inbouwhoogte. Bij de plaatsing van een gietvloer wordt in principe de tolerantie van de ondergrond gevolgd. Laat bij nieuwbouw dus meteen de afwatering voorzien in chape of beton. Zowel bij nieuwe als bestaande afwateringspunten dient het nodige in acht te worden genomen qua waterdichting en sterkte ter hoogte van de aansluiting met de gietvloer.
Afwerking volgens vloertype
Komt er een tegelvloer, dan wordt ze afgewerkt met een rand met vloerflens. Bij een gietvloer is dit standaard een opgevulde rand. Heel belangrijk bij beide types is dat ze nooit rechtstreeks aangebracht worden tegen de rand van de goot. Hiertussen komt altijd een soepele kit. Die zorgt ervoor dat de afwatering ‘beweegt’ zonder dat er barsten komen onder invloed van externe factoren, bijvoorbeeld het uitgieten van heet water, transport van zware karren enz.
Roostergoten
Op plaatsen met veel afvalwater van machines of kookketels en vuilresten zijn roostergoten onontbeerlijk. Ze zijn volledig reinigbaar. Verkrijgbaar in uiteenlopende breedtes en lengtes, met diverse (antislip)roosters: een maasrooster voor lichte belasting, een ladderrooster bij zware belasting met veel vuilresten, of een plaatrooster bij zware belasting met weinig vuilresten.
Sleufgoten
Sleufkanalen dienen om een waterfilm af te voeren. Ze fungeren als grens tussen natte en droge zones en hebben een lage afvoercapaciteit. Soms is een sleufgoot interessanter in plaats van een roostergoot vanwege de goedkopere prijs. Deze sleufgoten zijn wel moeilijker te inspecteren dan roostergoten.
Afvoerput
Voor elk type goot is een afvoerput met reukslot en vuilmand. Het geheel is gemakkelijk schoon te maken. Om het risico op vuilophoping en bacteriegroei te beperken, mogen er nooit water en vuilresten in de afvoerput achterblijven. Afvoerputten zijn beschikbaar in verschillende afmetingen, met een ronde of vierkante vorm, eendelig of tweedelig en met verschillende roosters en onder- of zijdelingse aansluiting op de riolering. Een tweedelige put wordt voornamelijk gebruikt op verdiepingsvloeren of in ruimtes waar een waterdicht membraan voorzien is onder de afwerkvloer, zoals in koelcellen. Dit membraan wordt dan geklemd tussen de boven- en onderput, om lekken onder de vloer op te vangen.
Vetafscheider
Volgens de norm DIN 1986 wordt een vetafscheidingsinstallatie geplaatst waar organische vetten en oliën voorkomen in het afvalwater. De zware bestanddelen zetten zich af op de bodem van de vetafscheider. Dit voorkomt verstoppingen van afvoerbuizen en stank. Bovengrondse systemen zijn gemaakt uit polyethyleen of roestvrij staal. Inbouwmodellen in de vloer zijn vervaardigd uit polyethyleen en gewapend beton.
STAP 5: VARIABELEN
• Hou rekening met agressieve producten, zoals pekel en zout, die in contact komen met de afwatering. Opteer in dit geval bijvoorbeeld voor een hogere materiaalkeuze, namelijk inox AISI 316 in plaats van standaard AISI 304.
• Bij zones met een constante temperatuurbelasting van + 70 °C dient een aangepast systeem te worden geplaatst, nl. polyurethaancement. Wegens de hogere kostprijs is het aan te raden dit slechts zonaal te doen.
STAP 6: PRIJSINDICATIE
De prijs van een ateliervloer is zeer moeilijk te vergelijken, gezien het grote aantal systemen. Wel volgt ze in grote lijnen een vorksysteem: hoe groter de oppervlakte, hoe lager de prijs per vierkante meter. Acrylaat is over het algemeen de beste koop. Een goed en degelijk epoxysysteem is qua prijs vergelijkbaar met acrylaat, terwijl pvc in een iets hogere prijsklasse valt. Bij tegels zijn de onderlinge prijsverschillen groter; ook voor wat betreft de plaatsing – is er veel snijwerk rond roosters, of niet? Maar ook bij ateliervloeren geldt dat goedkoop achteraf dikwijls een slechte koop blijkt.
Met dank aan: Beco, Deweco, Devafloor, Lemmens Winkelinrichting, Resinit, Bossuyt Shop Interiors