Hoe bereidt u zich voor op de toekomst?
Bouwforum 2020 roept aannemers op om uit hun comfortzone te stappen
Grote, doorslaggevende vernieuwingen boezemen bij de menigte zowel angst als ontzag in. Bij de introductie van elektrische liften rond 1900, werden die eerst nog handmatig bestuurd door zogenaamde elevator boys. Ook al bestond er een mogelijkheid om deze liften elektrisch te opereren, mensen waren bang om op de knoppen te drukken en vertrouwden dit technisch snufje alleen wanneer een menselijke operator deze controleerde. De ommezwaai kwam door een staking van de New Yorkse elevator boys in 1936 die alle liften lam legde. In die hopeloze disfunctionaliteit had iemand pas na enkele weken trappen lopen, het lumineuze idee om dan toch de knoppen te gebruiken van de lift. Het zorgde voor een doorbraak die tot vandaag niet meer weg te denken is. Waarom zou u als aannemer dan niet gewoon toenadering zoeken tot the big unknown. U weet nooit welke blijvende impact u zou kunnen teweegbrengen. Deze conclusie kwam druppelsgewijs terug in de discussies, interviews en keynotelezing op het Bouwforum 2020.
Is de bouwsector klaar voor de digitale revolutie?
Alle nieuwe innovaties, vaak in de vorm van abstracte concepten, boezemen een bepaalde angst in alvorens die zaken volledig ingeburgerd geraken. Dat is normaal, want niemand kan op voorhand met zekerheid zeggen welke gevolgen een bepaalde beslissing met zich mee zal brengen. Toch is vernieuwing of innovatie een must om mee te kunnen in een razendsnel en hoogtechnologisch landschap.
Bouwforum 2020 roept aannemers op om uit hun comfortzone te stappen en om soms voluit risico’s te nemen, vandaar het thema van het forum 2020 “Take the future into your hands”. Innovatie biedt de bouwsector de mogelijkheid om nieuwe horizonten te verkennen. Digitalisering zal verscheidene bouwberoepen een nieuwe invulling geven. Dit zal bepaalde processen vereenvoudigen, maar daarvoor zal een nieuwe, efficiëntere manier van samenwerken moeten worden ontwikkeld. De industrialisering zal prestaties opdrijven, kosten verminderen, de veiligheid verhogen en bouwberoepen veiliger maken, maar ten koste van wat, eigenlijk? Door prangende thema’s zoals de energietransitie, circulaire economie, mobiliteitsproblemen, doorgedreven digitalisering, de betonstop en het klimaatvraagstuk zal de bouwsector volledig heropgebouwd moeten worden. Maar, is de sector wel klaar voor de toekomst?
High expectations…
Consumentenonderzoek iVox en Confederatie Bouw
Geen enkel onderdeel van de bouwsector kan nog ontsnappen aan maatschappelijke, ecologische en sociale uitdagingen, technische en financiële vraagstukken. De klimaatverandering wordt steeds duidelijker en de bouw is een belangrijke actor in de noodzakelijke te volgen strategieën. Dit heeft uiteraard een impact op materiële kosten, mobiliteit en ruimtelijke ordening. Al deze elementen moeten dus met de nodige zorg worden benaderd. De sector moet daarnaast ook z’n oor te luisteren leggen bij zijn voornaamste doelgroep en eveneens belangrijke actor in dit proces: de consument. Wat wil deze nu precies? En hoe toekomstgericht zijn hun ambities?
De aftrap van de avond werd gegeven door Robert de Mûelenaere, gedelegeerd bestuurder van de Confederatie Bouw. Samen met iVOX startte de Confederatie onlangs een online enquête op waarbij zij 1.000 Belgen, wiens leeftijden varieerden tussen de 25 en de 75 jaar, aan enkele stellingen onderwierpen om te peilen naar de ervaringen, interesses en verwachtingen van eigenaars en huurders ten aanzien van koop-, bouw- en renovatieprojecten. Alle personen hadden met elkaar gemeen dat zij in de voorbije vijf jaar een woning hadden gekocht, gebouwd of verbouwd of die dit in de komende tien jaar van plan zijn.
Alternatieve woonvormen en smart oplossingen winnen aan belang
Uit de antwoorden van alle bevraagden blijkt dat de gemiddelde Vlaming toch nog steeds de standaard, traditionele verwachtingen koestert naar een eigen (vrijstaande) woning met tuin. Toch zien we een aanzienlijke verhoging van het aantal respondenten die interesse tonen in alternatieve woonvormen zoals woningen met gemeenschappelijke ruimten, kangoeroewoningen, tiny houses en assistentiewoningen. Voornamelijk onder de jongere generatie (25-35 jaar) is een groeiende interesse duidelijk zichtbaar.
Meer dan 70 % van deze generatie heeft interesse voor smart oplossingen, gevolgd door gemoedsrust formules en leasing- of rentingformules. Deze kenmerken scoren ook hoog bij de andere bevraagden. De ecologische bekommernissen omtrent energieprestaties en circulariteit, is eveneens een bekommernis bij meer dan 50% van de ondervraagden.
Sociologische veranderingen impliceren veranderende verwachtingspatronen
De cijfers spreken niet tot de verbeelding. Het is overduidelijk dat de jonge generatie een echte voortrekkersrol speelt op het gebied van de implementatie van technologische vernieuwingen (‘smart oplossingen’) en de integratie van energiezuinige en ecologische opties. Consumenten willen niet langer ‘gewoon maar een huis’, ze willen het gebouw beleven. De bouwsector moet naar de toekomst toe dus een totaalbelevenis kunnen aanbieden in de vorm van milieuvriendelijke alternatieven en energiezuinige oplossingen, want enkel dit zal voor uw klant nog van toegevoegde waarde zijn.
Belangrijke evoluties zullen moeten plaatsvinden in de materiaalkeuzes, bouwmethodieken en bouwtechnologie, in de vorm van digitalisering. Hiervoor moeten de nodige discussies worden gevoerd waarin de centrale vraag zich zal richten op de rol die het bouwbedrijf op zich zal nemen.
De sector zal moeten aanvaarden dat er meer flexibiliteit zal nodig zijn en dat zij een actieve schakel zal moeten zijn in een complex ecosysteem. Daarvoor laat het bedrijf zich best bijstaan door de meest succesvolle collega’s en profielen, dit gaat niet alleen over gevestigde beroepen, maar ook over nieuwe competenties zoals data scientists.

De toekomst van de bouwsector
Eenhoorns en feniksen
“Are you ready for the day after tomorrow?” Zo trapt keynotespreker Peter Hinssen (internationaal technologieondernemer, gerenommeerd auteur en docent) zijn lezing op Bouwforum 2020 af. Recent lanceerde hij zijn nieuwste boek The Phoenix and the Unicorn: The Why, What and How of Corporate Innovation waarin hij twee grote bedrijfsstructuren en culturen tegenover elkaar uitspeelt. ‘Eenhoornbedrijven’ komen schijnbaar uit het niets tevoorschijn en zijn op een relatieve korte periode reeds dominant op de markt. Dit zijn de innoverende start-ups die de wereld betoveren met hun vooruitstrevende ondernemingen. De feniks, daarentegen, sterft in een heuse vuurshow en reïncarneert uit zijn stoffelijke resten als een nieuwe, sterkere versie van de entiteit die hij ooit was. Deze ‘feniksbedrijven’ zijn volgens hem de belangrijkste voorbeelden voor de hedendaagse bouwsector. Het bovenstaande boek vormde samen met zijn vorige boek The Day after Tomorrow: How to Survive in Times of Radical Innovation (2017), de basis waarop zijn keynotelezing was opgebouwd.
Technologie is een oplossing, geen bedreiging

De bouwsector moet, aldus Hinssen, durven denken in termen van digitale vooruitgang. Ze moet durven grote sprongen voorwaarts te nemen en soms griezelige investeringen te doen, anders zal zij hopeloos achterop beginnen hinken. “Construction is thinking about digital, but isn’t hit by digital yet.” benadrukt hij. De bouwsector zou de op één na slechtste zijn met betrekking tot de implementatie van digitalisering (de slechtst scorende is de jachtsector …). Het wordt dus hoog tijd om hier verandering in te brengen. De sector moet lenen van zogenaamde eenhoorn-ondernemingen en zichzelf op basis daarvan heruitvinden zodat zij sterker zullen herrijzen uit hun assen, net zoals de mythische feniks.
Een rondetafeldebat over generatiewissels tijdens het forum, toonde aan dat de jonge telgen die nu aan het roer staan van hun familiebedrijf, voornamelijk willen focussen op de implementatie van digitalisering en dat zij willen inzetten op groene alternatieven om zo tegemoet te kunnen komen aan de nieuwe noden van de consument. Alleen op deze manier konden de respectievelijke bedrijven een blijvende impact bewerkstelligen en een grotere speler worden in het veld. Deze, vaak gedurfde, veranderingen bewezen alleen maar hun nut. Volgens Hinssen zouden zij moeten plaatsvinden op globale schaal. Daar waar de bouwsector moeilijk of nauwelijks durft te innoveren, staat de retailsector volgens hem al mijlen verder met voorbeelden als Amazon Go Grocery en de digitale innovaties bij Walmart.
Hinssen benadrukt dat de grootste uitdaging niet zozeer ligt in de implementatie van de technologie, maar net het in balans brengen van deze vernieuwingen met de sociale dimensie. Zal de digitalisering geen schrijnende gevolgen hebben voor de talloze werknemers in uw bedrijf? Walmart zet nu bijvoorbeeld in op het bijscholen van al zijn medewerkers om met de nieuwe technologie om te kunnen gaan. Zo kan die, zonder een teloorgang van de hoeveelheid arbeidskrachten, toch voluit investeren in technologische innovaties en beide elementen naadloos met elkaar integreren. Iets waarover de bouwsector ook zal moeten nadenken.
De manier waarop er in de toekomst zal worden gebouwd en zal worden ontworpen, zal de grondvesten van de sector doen daveren. De toekomst ligt in de handen van diegenen die technologische innovatie kunnen koppelen aan vakmanschap.
Durf buiten de lijntjes te kleuren
Hinssen stipt aan dat het lineaire denken voorgoed verleden tijd is. Het is aan de ondernemer om in het onbekende te durven stappen, maar hoe moet u dit precies aanpakken?
Binnenin deze veranderingen moet de bouwsector rekening houden met twee cruciale elementen die zij op hun manier zelf zullen moeten invullen en misschien zelfs zullen moeten gaan herdefiniëren: smart en friendly.
Smart is nu reeds een categorie die in de toekomst aan bijna elk bouwgerelateerde aspect zal worden gekoppeld. Het was reeds zichtbaar in de resultaten van de iVox enquête dat respondenten steeds meer belang hechten aan smart oplossingen, iets wat correleert met deze toenemende trend. De bouwsector zal moeten nadenken hoe zij die ‘smart’ oplossingen zullen moeten gaan ontwerpen, uitwerken en integreren in hun werk.
Een tweede fundamentele krachtterm is friendly, of grofweg vertaald als ‘vriendelijk’. Draag zaken zoals gebruiksvriendelijk, milieuvriendelijk, budgetvriendelijk en energievriendelijk hoog in het vaandel en probeer uw goederen en diensten daar zo goed mogelijk op aan te passen, want duurzaamheid wordt een belangrijk deel van het narratief.
Hinssen benadrukt de bouwsector de reikwijdte van deze twee elementen volop zal moeten exploreren.
Welke innovaties?
Maar op welk gebied kunnen die innovaties zich situeren?
Productinnovaties zijn waarschijnlijk de meest voor de hand liggend, maar daarom niet de meest eenvoudige. U kunt proberen uw consumenten te inspireren, maar iets bedenken wat nog niemand heeft gedaan, is uiteraard geen eenvoudige klus. Zo besliste de frisdrankengigant Coca Cola in de jaren tachtig om New Coke op de markt te brengen. Het draaide uit op een sisser. Nog geen maand later haalden ze dit nieuwe product uit de rekken en introduceerden (opnieuw) de Classic Coca Cola.
Aansluitend kunt u aan marktinnovatie doen en andere paden gaan bewandelen dan de vertrouwde markt waarin u zich zo natuurlijk voortbeweegt. Een treffend voorbeeld: Amazon is naast een webwinkel ook nog eens de grootste cloud provider ter wereld.
De meest eenvoudige innovatie is volgens Hinssen service innovatie, waarbij technologie wordt ingeschakeld om de consument zo goed mogelijk van dienst te zijn. Volgens hem is dit voor de consument geen vreemde stap, de meesten onder hen zijn het namelijk gewoon om steeds applicaties te gebruiken, een innovatie die u snel zult kunnen introduceren onder uw klanten. Tijdens één van de debatten vertelde Bruno Vandenwijngaert (CEO) van Constructiv dat zij nu een online leerplatform hebben gelanceerd waarop jongeren uit technische richtingen meer kunnen leren over veiligheid op de werf door middel van een simulatiespel. Dit is een service die volgens de woordvoerder in goede aarde valt bij jongeren, die het nu net zo gewoon zijn om online games te spelen.
De meest uitdagende innovatie is model innovatie, waarbij het bedrijfsmodel en -ethos een grondige make-over krijgt. Een bekend voorbeeld dat hij aanhaalt is Philips Lighting die niet langer enkel lampen verkopen, maar licht als een echte service aanbiedt en via die manier onbetaalbare informatie kan abstraheren uit de data die ze vanuit de stad kunnen verkrijgen.
Volgens Hinssen moet elke innovatie onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn om enige vorm van langdurige vernieuwing te kunnen bewerkstelligen.
“Digitale competenties behoren inmiddels tot de basisvaardigheden van elke werknemer in de 21e eeuw,” beweert Bruno Vandenwijngaert (CEO van Constructiv). “Wij willen zowel de bouwsector als de jongeren in technische opleidingen ondersteunen in die digitale evolutie”
Kortom: Wees een feniks
De lezingen en rondetafelgesprekken op Bouwforum 2020 benadrukken dat aannemers niet bang moeten zijn om risico’s te nemen en als kameleon zich aan te passen aan het steeds veranderende veld. Het forum bracht succesverhalen naar voren van jonge ondernemers en gevestigde bestuurders waarin zij elke dag opnieuw de grenzen van de toekomst aftasten, zichzelf en hun bedrijfsstructuur in vraag durven stellen en van daaruit zichzelf opnieuw heruit te vinden. Weet dat u als aannemer er niet alleen voor staat en dat de vele overkoepelende organisaties u met raad en daad willen bijstaan in dit proces.
“Berust in het feit dat je nooit zeker kunt weten waarheen de beslissing die je neemt zal leiden, maar neem ze uiteindelijk toch,” aldus Hinssen. De grootste multinationals kennen hun ontstaan in een stoffige garage, zoals Google of Apple, en zijn alleen maar kunnen groeien dankzij een grote dosis bluf en lef.
Kortom, de grootste conclusie op Bouwforum 2020 bleek het volgende te omvatten: wees niet bang om een feniks te zijn, uw bouwbedrijf te heroriënteren, heruit te vinden en daarna welwillend te herrijzen uit de assen van de zaak die u ooit bent geweest: beter, sterker, innovatiever en onoverwinnelijk.
Met dank aan alle sprekers en organisatoren die Bouwforum 2020 hebben mogelijk gemaakt

van het coronavirus, kan er toch van een geslaagde editie worden gesproken